De nature challenges van Martine van Wolfswinkel
Martine van Wolfswinkel (41) was als kind al bezig met natuur in de buurt. Voor A Rocha bedacht ze de nature challenge, voor velen een welkome manier om rond eigen huis en tuin de natuur te ontdekken in coronatijd. Na tien weken komt de laatste nature challenge van Martine zelf!
Toen Martine 12 was richtte ze in Utrecht al een natuurclubje op voor kinderen uit de wijk, met als doel samen de natuur te onderzoeken. Door de jaren heen heeft ze gemerkt dat het kennen van de natuur in je eigen omgeving kan helpen om je verbonden te voelen met de plek waar je woont. Ze woonde 7 jaar met haar gezin in Peru (het land met de grootste diversiteit aan vogels ter wereld!) en daarna 5 jaar in Tanzania. Het leren kennen van de namen van vogels, planten en bomen, en de veranderingen met de seizoenen, hielp haar om zich telkens weer te verbinden met een nieuwe plek.
“Ik moet eerlijk toegeven dat de natuur in Nederland mij niet zo heel interessant meer leek toen we hier ruim twee jaar geleden terugkwamen. Tegelijk moest ik het ook weer een beetje opnieuw leren kennen. Het maken van de nature challenge heeft me geholpen om ook de Nederlandse natuur weer écht te gaan waarderen. Ik heb er heel veel van geleerd. Bijvoorbeeld dat Nederland een belangrijk broed- en doortrekgebied is voor trekvogels. En dat juist in Nederland de biodiversiteit ernstig bedreigd wordt. Dat kan niet worden vervangen of opgevangen door natuur elders. De natuur van de Nederlandse delta verdient zelf bescherming.”
Martine hoopt dat mensen door de nature challenge meer zijn gaan genieten van de natuur in hun eigen buurt en er ook wat van hebben opgestoken. Zelf heeft ze de afgelopen tijd veel vogel- en plantennamen bijgeleerd en kan ze niet meer buiten zitten zonder de gierzwaluwen te horen. “Ik heb er een nieuwe hobby bij.”
Ze heeft zelf ook zoveel mogelijk meegedaan aan de challenges. Zo heeft ze een stukje berm in haar buurt geadopteerd om schoon te houden, een mini-vijver in haar tuin aangelegd en in de duinen geluisterd naar de pas aangekomen nachtegalen. “Alleen de brandnetelsoep moet er nog een keer komen.”